Door: de Webredactie | Geplaatst: 30 april 2009

Encyclopedie: Bioritmen

Rekensysteem (en alternatieve gezondheidsleer) dat stelt dat de mens onder invloed staat van drie ritmen van 23, 28 en 33 dagen die op het ogenblik van de geboorte beginnen, en dan ongestoord door welke invloed dan ook voortschrijden.

Encyclopedie: Bioritmen

Oorspronkelijk was het idee dat er bij bijvoorbeeld het 28-daagse ritme elke 28ste dag (28ste, 56ste etc.) iets bijzonders aan de hand was. Later stelde men zich voor dat het ritme zich als een golf gedraagt, met een omslag van plus naar min of vice versa op de 14de, 28ste, 42ste dag enzovoorts. De dag waarop die omslag gebeurt is het oppassen geblazen. Hier doemt een technisch probleempje op bij de ritmes met een oneven aantal dagen, want dan moet men weten of men voor de middag of na de middag geboren is.
 

Bioritmen werden bedacht door de Duitse arts Wilhelm *Fliess en de psycholoog Hermann *Swoboda. Als bewijs voor de realiteit van bioritmen komen aanhangers altijd enerzijds met losse voorbeelden (die weinig zeggen uiteraard), en anderzijds met statistieken van ongevallen en dergelijke. Het is, gegeven de frequentie waarmee kritische dagen optreden, niet moeilijk veel voorbeelden te vinden. De voorstanders vinden dat ongeveer 60% van ongevallen en dergelijke op een kritische dag plaatsvindt. Dit komt omdat ze de dag voor en na ook als kritische dag tellen, in verband met de onzekerheid van het geboorte-uur. De onderzochte gegevens slaan veelal op tamelijk grote collecties ongevallen, en daarvan is weinig meer bekend dan de gegevens die bij die ongevallen werden geregistreerd.

Een bekend ‘bewijs’ werd geleverd door de Ohmi Spoorwegmaatschappij in Japan in 1971. Deze waarschuwde al haar busbestuurders op elke kritische dag om extra voorzichtig te zijn; hierdoor zou het aantal ongelukken met de helft gedaald zijn. Kennelijk vond de maatschappij het niet nodig dit effect te vergelijken met dat van waarschuwen op niet-kritische dagen. Verkondigers van de bioritmeleer halen vaak wetenschappelijk werk aan over bekende biologische ritmen, zoals het dagelijkse ritme of de menselijke menstruatiecyclus. Ze verzwijgen dat zulke ritmen zonder uitzondering variabel zijn, en dat ze (bij mensen) vaak weinig invloed hebben op prestaties op het gebied van kennis en vaardigheid. 

Er zijn weinig theorieën die zo grondig weerlegd zijn als de bioritmetheorie. In 1979 gaf een overzicht van 13 onderzoeken van in totaal 25000 mensen geen enkel effect van bioritmen te zien op ongelukken, sport- en andere prestaties. In hetzelfde jaar vond het Britse Transport Research Laboratory geen enkel effect van bioritmen bij de analyse van 112560 automobilisten die bij ongelukken betrokken waren. In een Nederlands onderzoek uit 1991 van 30015 ongevalslachtoffers werd evenmin effect gevonden, en hetzelfde was het geval bij 9767 Oostenrijkse slachtoffers in 1994. Vele andere studies geven een zelfde beeld te zien. 

In recente tijden is de bioritmeleer verbreid door mensen die hulpmiddelen verkochten om het bioritme te berekenen, met name door G.S. Thommen, B. Gittelson en V. Mallardi. Een typisch pseudo-wetenschappelijk trekje van de bioritmeleer is dat elke beoefenaar zijn of haar eigen interpretatie geeft aan de drie ritmen. Waar de ene Neerslachtigheid en Seks als kenmerkend ziet, vindt de ander Meditatie en Kunst en een derde Dadendrang. Wat de een Prestatievermogen noemt, heet bij de ander Zelfvertrouwen. Evenzo blijkt Logica kennelijk een vorm van Intuïtie en Levenswijsheid, dan wel Aanpassingsvermogen. 

 

Literatuur
Bainbridge, W.S., ‘Biorhythms; evaluating a pseudoscience‘, Skeptical Inquirer 1978, vol. 2 (2), p. 40-56.
Bambeck, J.J., ‘Die Biorhythmenlehre; Wissenschaft oder numerologischer Humbug?’ Skeptiker 1994, vol. 7 (3), p. 62-69.
Gardner, M., Science; good, bad, and bogus. Buffalo, 1981.
Hines, T., Pseudoscience and the paranormal. Buffalo, 1988.
Langenbach, S., ‘Biorhythmus; Leben Sie im Takt?’ Skeptiker 1994, vol. 7 (3), p. 60-62.
Lester, D., ‘Biorhythms and the timing of death’, Skeptical Inquirer 1990, vol. 14 (4), p. 410-418.
Nijsten, M.W.N., en S.E. Willemsen, ‘Een tic van de maan’, Skepter 1992, vol. 5 (4), p. 20-22.
Wheeler, A., ‘Biological cycles and rhythms vs. biorhythms’, Skeptical Inquirer 1990, vol. 15 (1), p. 75-82.

Uit: Tussen Waarheid en Waanzin: een encyclopedie der pseudo-wetenschappen, door Marcel Hulspas en Jan Willem Nienhuys (vierde herziene druk, De Geus, 2002).

 

Naschrift 2009

Wikipedia heeft een goed overzicht, en de Skeptic Dictionary heeft een uitvoerig overzicht. Voor details over de ‘ontdekking’ der bioritmen zie de biografieën van de betrokkenen.

 

 

de Webredactie

Gerelateerde artikelen

encyclopedie - 13 september 2010

(Hongaars: Béres Csepp): mineralensupplement.

encyclopedie - 05 augustus 2010

Er is een grote verzameling alternatieve manieren om vast te stellen of iemand (misschien) kanker heeft. Daaronder zijn ook laboratoriumtests. De werking is vergelijkbaar met die van dobbelen of koffiedik kijken.

encyclopedie - 05 augustus 2010

Een van de oudste fabeltjes over kanker is dat wat een patiënt denkt of voelt, van invloed is op het kankerproces.