Tuchtcolleges laten kwakzalverij onbestraft

Het regionaal tuchtcollege in Den Haag heeft de Leidschendamse antroposofische basisarts Roger Crijns een waarschuwing gegeven, niet omdat hij er in zijn praktijk lustig op los pendelt maar omdat hij een zorgverzekeraar voor een paar tientjes probeerde op te lichten. 

Hoe diep kun je als tuchtcollege zakken. Niet het pendelende gedrag van de kwakzalver werd aan de kaak gesteld maar een ietwat onnozel uitgevoerde betalingsfraude. Tuchtcolleges gedragen zich steeds slapper en weinig principieel bij het tuchtrechtelijk invullen van de KNMG-richtlijnen. Ze komen tot uitspraken die niet veel van doen hebben met het basale principe dat artsen moeten staan voor een goede behandeling van hun patiënt. Zo kreeg de homeopathische kwakzalver-arts Jan Scholten uit Utrecht eind juli in een beroepszaak een nietszeggende waarschuwing van het Centraal Tuchtcollege omdat hij zich niet helemaal had gehouden aan onderzoekregels.

Dat deze arts Scholten meende met een zelf uitgevonden, niet onderzocht superverdund homeopathisch middeltje honderden kwetsbare, zieke aidspatiënten in Kenia te kunnen genezen, kon het college blijkbaar niet boeien. Terwijl Scholtens onbewezen geloof toch indruist tegen het basale grondbeginsel van de geneeskunde, neergelegd in KNMG-richtlijnen: zorg goed voor je patiënt en geef hem de beste behandeling.

Aan de kaak stellen?

Bij het regionale tuchtcollege is het niet heel anders. Het college in Den Haag vindt het niet nodig de foute medische handelwijze van basisarts Roger Crijns, zoals pendelen en handelen volgens de geloofsleer van Geert Hamer, aan de kaak te stellen. Kwakzalven kan Roger Crijns. Op zijn LinkedIn-pagina lezen we: “Sinds 1996 heb ik de samenwerking ontdekt met de geestelijke wereld, met gidsen met aura-chakra healing, karma als oorzaak van onbegrepen gedrag of ziekten etc. Door een ontmoeting met een bijzonder mediamiek begaafde patiënt heb ik leren omgaan met de directe invloed en werkingen van de geestelijke wereld, de gidsen, de engelen, natuurwezens etc. op ons genezingsproces. Tegenwoordig werk ik direct samen met de bovenzinnelijke wereld zowel tijdens het consult, als bij energetische behandelingen, als bij ingrepen in de wezensdelen, als contact leggen met gidsen overledenen etc. Deze vorm van geneeswijze combineer ik altijd met de reguliere geneeskunde en de antroposofische geneeskunde. Sinds 2011 ben ik in opleiding voor de Germanische neue Medizin van dr. G.R. Hamer.” (De beruchte Duitse internist/kwakzalver Ryke Geerd Hamer is in juli dit jaar overleden).

In maart dit jaar legden de verborgen camera’s van Alberto Stegeman, geholpen door bestuursleden van de Vereniging tegen de Kwakzalverij, de onzinnige handelwijzen van Crijns vast, voor een uitzending van het SBS6-programma Undercover in Nederland. In de uitzending is te zien dat Crijns al pendelend een diagnose stelt bij een patiënt op afstand. En passant maakt de antroposofische arts de minister van volksgezondheid Edith Schippers voor rotte vis uit.

Direct na de Undercover-uitzending royeerde de beroepsvereniging van antroposofische artsen NVAA Roger Crijns als lid omdat de vereniging “op geen enkele manier geassocieerd wil worden met artsen die op deze wijze handelen.” Ook werd Crijns zijn certificaat antroposofisch arts ontnomen. Een maand na de uitzending liet Crijns zich uit het BIG-register schrappen. Hij voorkwam zo verder onderzoek van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Met deze uitschrijving zou Crijns zijn werkzaamheden in de zorg hebben beëindigd en lopen patiënten geen risico meer, zo vertelde de IGZ de redactie van Omroep West.

Onzinnige middelen

Een anonieme klager, geïnspireerd door de Undercover-uitzending, herinnerde zich een behandeling bij Crijns drie jaar geleden en diende een klacht in bij het regionaal tuchtcollege in Den Haag. Klager, bij wie de ziekte van Kahler is vastgesteld, kreeg van Crijns diverse onzinnige antroposofische middelen voorgeschreven. Bij de dosering ervan (Schussler-zouten en eikenschorsthee) maakte Crijns gebruik van “pendelen” met een “druppelvormig metalen ” voorwerp aan een kettinkje, zo lezen we in de uitspraak van het regionaal tuchtcollege.

Het college hoorde het aan maar zag er geen verwijtbaar gedrag in. Crijns handelde met dat pendelen niet in strijd met de KNMG-gedragsregels. Het college oordeelde dit deel van de klacht daarom als ongegrond. Crijns kreeg wel een waarschuwing – een klein opgeheven vingertje – voor het opstellen van een onjuiste factuur waarin hij het eenmalige consult van klager had opgesplitst in drie delen, om zo de zorgverzekeraar meer geld – enkele tientjes – te kunnen ontfutselen.

Onware factuur

Crijns handelde met het inleveren van deze “onware factuur” in strijd met het belang van een “goede uitoefening van de individuele gezondheidszorg”, schrijft het college in zijn uitspraak. Pendelen, geloof in chakra’s en het voorschrijven van rare middelen vallen blijkbaar niet in deze categorie. Een bizarre interpretatie van de KNMG-gedragsregel Niet-reguliere behandelmethoden, een toevoegsel uit 2008 bij de basisgedragsregels van het KNMG.

Maar staat er niet in die “alternatieve” Gedragsregel dat ook voor alternatieve artsen de algemene gedragsregels 1.2, 1.3 en 1.7 gelden? Deze schrijven onder meer voor dat de hulpverlening van goede kwaliteit dient te zijn. Alternatieve artsen dienen zich bij hun diagnostiek en behandeling bovendien te richten naar het best beschikbare wetenschappelijke bewijs, eist het toevoegsel. Een heen en weer slingerende pendel aan een touwtje getuigt dus volgens het tuchtcollege in Den Haag van goede kwaliteit. Net als homeopathische middelen waarvan de werking berust op geloof en waar nooit enig onderzoek naar is gedaan. Bizar. De “alternatieve” Gedragsregel moet, gezien deze merkwaardige tuchtrechtelijke interpretaties, nodig worden aangescherpt. De tekst laat blijkbaar teveel ruimte voor tuchtrechtelijke dwalingen.