Zembla over Levensgevaarlijke Genezers
Op zondag 17 januari 2010 zond Zembla een onthullend programma uit over chiropractoren en craniosacraaltherapeuten.
Het gebeurt niet vaak dat men bij een tv-uitzending op het puntje van zijn stoel zit, maar bij de Zembla-uitzending die in zijn geheel gewijd was aan de praktijken van chiropractoren en craniosacraal-therapeuten was dat het geval. In een reeks indrukwekkende beelden werden twee cases behandeld, een baby die een behandeling door een craniosacraaltherapeut met de dood moest bekopen en een patient die door manipulatie van zijn nekwervels gedeeltelijk blind werd. Nu eens geen vage verwarrende goedpraterij van alternatieve therapeuten maar heldere verhalen van bezorgde kinderartsen en neurologen die rustig en precies uitlegden wat er mis was gegaan en waarom dit soort behandelingen uit den boze zijn.
Chiropraxie: het verhaal van Hugo
De eerste case was Hugo, een 42-jarige man met veel stresshoofdpijn en die van een collega de tip kreeg om eens een chiropractor te bezoeken. Het geval van Hugo (niet zijn echte naam) is ook in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde beschreven (1).
Chiropraxie is een leer die ervan uitgaat dat tal van klachten veroorzaakt worden doordat zenuwen bekneld raken door geringe scheefstand van de wervels (subluxaties) en dat de chiropractor die klachten kan verhelpen door de wervels even recht te zetten. Sterker nog, veel chiropractoren vinden dat iedereen zich van kinds af aan regelmatig preventief moet laten behandelen, alsof het menselijk lichaam een soort auto is die niet zonder regelmatige servicebeurten kan. Maar ‘scheve wervels’ hebben geen invloed op de zenuwen en met mensenhand vallen wervels niet of nauwelijks te verschuiven, laat staan permanent. Zie ook Encyclopedie: Chiropraxie; ook de Nederlandse Wikipedia heeft er een goed artikel over.
Hugo: ‘Ik had veel hoofdpijn, vooral in het weekend … nou ja, dan ging ik echt door het lint bijna. Het deed heel veel pijn, ik slikte heel veel pillen daardoor. Het [de praktijk van de chiropractor] zag eruit als een ontvangstruimte bij een arts, er zat ook iemand achter de balie, die noteerde mijn gegevens. Toen kwam de chiropractor, hij heeft een foto gemaakt van mijn nek en hij heeft mijn bloeddruk genomen en hij hoorde mijn verhaal aan. Ik had weekendhoofdpijn en hij zei, nou daar kan ik je aan helpen.
Het was niet zo maar iemand, nee, hij was ‘Diplomate of the American Chiropractic Neurology Board’ (DACNB). Over de behandeling van de chiropractor zegt Hugo het volgende:
‘Hij ging achter me staan, hij pakte mij bij mijn hoofd en bewoog mijn hoofd naar rechts en op het moment dat hij dat deed weet ik dat er een soort gordijn over mijn ogen werd getrokken, ik zag niets meer en ik verloor de controle over mijn hele lichaam en ik zakte van mijn stoel af.’
Commentaren op het geval van Hugo
In de Zembla-uitzending laat de neuroloog Dr. Fop van Kooten van het Erasmus Medisch Centrum zien aan de hand van een anatomische tekening wat er gebeurd was. Hij toonde waar de schade bij Hugo was: de slagader die de hersenen van bloed voorziet (arteria vertebralis) verloopt langs de nek in een soort S-bocht die een wat zwakkere plek is (zie ook de afbeelding bij ‘Alternatief’ is niet zo onschuldig of Wikipedia), en die beschadigd kan worden door bijvoorbeeld een nekmanipulatie. Krachten die schuin op een bloedvat werken, kunnen een scheuring (dissectie) veroorzaken. Links en rechts van de nek zit zo’n slagader en aan beide zijden was die beschadigd. Hugo is nog steeds half blind, aanvankelijk had hij ook spraakstoornissen. In het wetenschappelijke artikel (1) over dit geval komt naar voren dat Hugo eigenlijk tegelijkertijd twee problemen kreeg. Door de beschadiging van de slagaders kreeg hij in een deel van zijn hersenen schade door zuurstofgebrek, terwijl in een ander gebied ook nog een hersenbloeding ontstond (niet verbonden met de slagaderbeschadiging) die ook tot ernstige en blijvende beschadiging zorgde.
Dr. Van Kooten merkt nog op dat deze ‘bijwerking’ (scheurende nekslagader) weliswaar zelden optreedt, maar buitengewoon ernstig is. Zeker als zo’n behandeling geen enkel bewezen effect heeft, zou zij gezien de ernstige consequenties nooit uitgevoerd mogen worden. Ook andere critici zeiden hetzelfde in iets andere woorden: bij nul bewezen voordeel en zelf maar een vermoeden van nadeel: niet doen. Elke medische handeling hoort een afweging van risico’s te zijn, en over hoofdpijn of huilen gewogen tegen verlamming, blindheid en dood hoeft men niet lang na te denken. De therapeut gaat overigens gewoon door.
De chiropractoren beweren in koor dat chiropraxie niet gevaarlijker is dan een bezoek aan de huisarts of het plafond schilderen (waarbij de nek ook flink verdraaid wordt), maar in bovengenoemd wetenschappelijke artikel wordt een betrouwbare schatting aangehaald, namelijk dat per circa 75.000 Canadezen onder de 45 jaar die chiropraxie ondergingen er gemiddeld één binnen een week na de behandeling een dergelijke aandoening kregen, namelijk ernstig zuurstofgebrek in het stroomgebied van die nekslagaders.
Een kleinigheid wellicht: de chiropractor maakte gebruik van een röntgenapparaat. Dat is wettelijk verboden. Daar is de wet BIG heel helder over: onderzoek met röntgenstralen mag alleen door artsen gedaan worden die daarvoor geleerd hebben. Maar de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) gedoogt dit gewoon. Het nut van rugfoto’s bij aspecifieke klachten is uiterst beperkt, maar voor de chiropractor heeft het grote voordelen: het imponeert de klant en het levert ook flink wat geld op.
‘Craniosacrale’ therapie en huilbaby’s
In het tweede geval dat getoond werd betrof het baby Marloe van Ivo en Monika. Deze was bij een craniosacraaltherapeut geweest. Ook dit geval is in de literatuur (2) beschreven. Zie: Baby overleden na craniosacraaltherapie.
Craniosacraaltherapeuten geloven dat allerlei ziekten veroorzaakt worden door een storing in de heen en weer gaande beweging van het hersen- en ruggenmergvocht, en dat de therapeut die beweging kan voelen aan de schedelbeenderen en ook door uiterst geringe druk van de vingertoppen het gestoorde hersenvochtritme kan regelen. Maar dat vocht beweegt nauwelijks, en de schedelbeenderen helemaal niet, zodat de theorie gewoon fantasie is en de ’therapie’ gewoon neer komt op zachte aanraking, tenminste volgens de officiële leer.
Kinderarts Prof. Dr. P. Brand signaleerde in de uitzending dat huilbaby’s steeds vaker terechtkomen bij manueel therapeuten en chiropractors, zelfs op verwijzing van huisartsen. Brands onderzoek heeft uitgewezen dat bij dergelijke behandelingen vaak storingen van bloedomloop en ademhaling optreden.
Baby Marloe
Dit was het aangrijpende verhaal van Monika en Ivo:
Monika: ‘Ze had altijd een frons op haar gezicht, en tijdens het in bad doen of het liggen in de box was ze niet op haar gemak, leek het altijd. Ik heb er vaak boven gestaan en ik dacht, meisje je mankeert wat, maar ik weet alleen niet wat.’
Monika en Ivo krijgen door het consultatiebureau een craniosacraaltherapeut en fysiotherapeut geadviseerd van een grote groepspraktijk, op wiens huisadres ze ’s avonds terecht kunnen.
Ivo: ‘Ja, hij had zijn eigen praktijk, die heeft hij gehad, of had die dan nog, toch een gerenommeerd iets in die regio…’
Monika: ‘Jarenlange ervaring, ik weet niet anders dan het verhaal dat die jarenlange ervaring heeft, dus dan ga ik ervan uit dat die weet wat hij doet, dus dat de kennis erg goed is.’
Ivo: ‘De behandeling begon heel rustig, in eerste instantie met aftasten. Marloe lag op het aankleedkussen, hij nam haar in zijn armen, [Ivo gebaart hoe Marloe op haar rug lag met de voeten naar de therapeut terwijl de therapeut onderhands nek en schedel betastte] zo, over haar bolletje, in de nek voelen …’
Monika: Toen zegt hij, dat is allemaal goed, dat is goed, alleen op het laatst heeft hij haar verdraaid, heeft het aankleedkussen gedraaid [gebaart een draaiing van een kwartslag] en heeft hij haar in de foetushouding gelegd en gezegd, nou dat is goed. Zij lag zo, en hij voelde hier aan de rugwervels en haar hoofd lag hier [gebaart hoe de therapeut een boog met de armen maakte met de vingers ineengestrengeld op de rug van de baby, babyhoofdje in de holte van de linkerelleboog] en ze lag gebogen en de beentjes opgetrokken, aan deze kant, zo.’ [wijst het aan]
Interviewer: ‘En was haar hoofdje gebogen?’
Monika: ‘Gebogen, hier was haar hoofdje gebogen [wijst op holte van de linkerelleboog]’
Ivo: ‘Ja, het hoofdje, kin op de borst, haar knietjes opgetrokken, echt een coconnetje van gemaakt.’ ‘Marloe vond het niet fijn. Marloe moest heel erg huilen, ze was heel…
Interviewer: ‘Had ze wel eens ooit zo gehuild?’
Ivo en Monika: ‘Nee nog nooit, zo intens nog nooit, nee.’
Interviewer: ‘Hadden jullie niet de neiging om in te grijpen?’
Ivo: ‘Ja, hij had ons gewaarschuwd natuurlijk, hij zegt, nou ja, daar moet je eventjes doorheen, het is soms niet altijd even prettig, maar goed als het dan maar helpt, prima!’
Monika: ‘En hij zegt er ook bij, er zijn ook veel ouders die tijdens dit stukje eventjes naar de gang gaan want het is gewoon een naar geluid. Dus voor hem, hij gaf hij naar ons toe aan, is het een heel herkenbaar iets, dit, ja dit hoort erbij, nou ja goed, dan neem je aan dat het goed is.’
Ivo: ‘Ze ligt daar en op een gegeven moment blaast ze de adem uit en het kwam op mij over als iemand die de laatste adem uitblaast, en ik vroeg, gaat dit allemaal wel goed, ik bedoel ik weet niet wat ik ervan moet denken. Nee, dat was zo. Ter demonstratie, laat hij maar zien, zegt hij, ze valt in slaap, tilt het armpje op en het armpje valt, ze slaapt heel diep. En ze zat echt zo in een coconnetje dicht tegen hem aan. Monika is nog om hem heen gelopen, en heeft gekeken, ja ze slaapt echt. Totdat ongeveer een paar minuten later, ik denk nou, ik zag een beetje de lipjes verkleuren van haar en ik vond haar zo stil en zo slap, ik bedoel….’
Monika: ‘Ze lag zo stil, en omdat het te lang duurt en ze te stil ligt en dan denk je, nou wat gaan we nu verder doen. Nou dat spreken we af. Kijk eerst maar eens aan hoe het gaat. Dan kom je nog een een keer of twee en dan is het goed zo en dan draai je haar om en dan is het niet goed en dan …’
Ivo: ‘Hij laat haar los en draait haar op de rug en op dat moment springt hij op en zegt: ‘Die is dood!’ Dat zei hij zelf! Ja, dus ja, wat doe je op zo’n moment. Ik bedoel, dan, wat is dit… Hij springt op en hij zegt, die is dood, dat heb ik nog nooit meegmaakt.’
Interviewer: ‘Ging hij vervolgens tot actie over?’
Ivo: ‘Nee, neenee, hij sprong op, doolde door het huis en, ja, noem maar op. Hij was in paniek, hij was erg in paniek. Op dat moment zei ik tegen zijn vrouw: ‘Bel 112, want het is niet goed’ en ik ben zelf met reanimatie begonnen.’
Commentaar op het geval baby Marloe
Dr. Karin Verlaat, kinderarts Radboud UMC, legt uit wat er niet deugt aan deze behandeling: door de kin op de borst wordt de adem bij zo’n baby afgeklemd, en de druk op de nekwervels kan hartritmestoornissen en ademhalingsstoornissen veroorzaken, speciaal bij baby’s en jonge kinderen. Verlaat legt uit dat door langdurig zuurstofgebrek door de hartstilstand de hersenen ernstig en onherstelbaar beschadigd waren. Verlaat zegt dat deze speciale techniek (die niet tot het gewone repertoire van de craniosacraaltherapie behoort) onvoorwaardelijk af te raden is. Zo’n diepe buiging van de wervelkolom en de nek is gevaarlijk.
De Inspectie voor de Gezondheidszorg onderneemt, blijkens een brief van mei 2009, geen actie want de therapeut is niet meer actief als fysiotherapeut of craniosacraaltherapeut. Hij behandelt geen zuigelingen meer en is niet meer werkzaam. De zaak is aangegeven bij justitie, die de zaak nog steeds in onderzoek heeft. In het programma wordt de website van Therapeutische Maatschap Gimbornhof in Zevenaar getoond. De techniek heet ‘Holding of inbakenen’. Op de website is inmiddels de uitleg over deze potentieel dodelijke techniek verwijderd. Gezien de reacties van de therapeut in kwestie is het heel gewoon dat aldus behandelde baby’s het bewustzijn verliezen door zuurstofgebrek.
Hier is de beschrijving, afkomstig van die website met aantekening dat de tekst afkomstig is van ‘Reflexzone Nr. 4 / 2005′. Ze stond enkele dagen na de uitzending nog in de cache van Google. Op het internetarchief was ze ook te vinden, maar ook daar is ze verwijderd nadat de ruwe versie van dit verslag gereed kwam. Inbakenen is een uiterst zelden gebruikt synoniem van afbakenen, maar het wordt tegenwoordig vaak foutief gebruikt voor inbakeren. Merk op dat deze beschrijving de visie van de therapeut bevestigt dat vrijwel alle baby’s die zo behandeld worden eerst vreselijk gaan huilen en daarna slap worden. Het is eigenlijk een wonder dat er niet meer ongelukken gebeurd zijn. Wat er met de hersenen van baby’s gebeurd is die diverse malen zo behandeld zijn, is onbekend.
Holding of ‘inbakenen’
Bij een behandeling van huilbaby’s besluit een cranio-sacraal therapeut ook wel eens het kind in de foetushouding te leggen. ‘Holding’ als therapie is niet van oorsprong cranio-sacraal, maar ontstaan omdat de therapeut het lichaam volgt. Bij huilbaby’s zit er zoals gezegd gigantisch veel spanning in de buik. Je ziet echter dat ze een tegenovergestelde beweging maken dan wat je zou verwachten. Ze overstrekken zich voortdurend, waarbij ze als het ware continue het wondje dat daar zit oprekken. Als we het kind volgen in de buiging die de spanning in de buik aangeeft, merken we dat het ervan weg wil. Hoe dichter je bij de spanning komt, des te groter de weerstand. Wij proberen het kind te ondersteunen om deze spanning te ontladen, door het in de ronde houding te laten blijven liggen. Stel dat je iemand tegen zijn schouder duwt, en de ander doet steeds stappen naar achteren. Geen weerstand voelen is heel vervelend. Je moet als ouder/therapeut durven blijven staan, niet bang zijn. Het kind zoekt grenzen en veiligheid. Bij 99% zie je tijdens deze “holding” (een soort inbakenen met heel veel liefde en heel veel zachtheid) eerst een enorme woede opkomen, gevolgd door verdriet en ten slotte door ontspanning. Soms liggen ze na het met de handen “inbakenen” (dat soms wel een half uur kan duren) rustig om zich heen te kijken, anderen vallen meteen in slaap. Heel vaak hebben de baby’s na de behandeling een volle poepbroek, ook bij baby’s die last hebben van obstipatie (niet durven loslaten). Als we dit een aantal keer bij een kind doen, kan het ten slotte zelf de rust vinden.
Toen Zembla navraag bij het centrum deed, zei een onbekende aan de telefoon: ‘Craniosacraaltherapie is totaal niet gevaarlijk en ik weet dat er een kindje overleden is bij de behandeling bij iemand die ook manueel therapeut en craniosacraaltherapeut is en noem maar op en het kindje is overleden, maar als je hier zou komen en ik zou u laten voelen wat craniosacraaltherapie is, dan zou u ook denken, ja, hier kan geen kindje aan overlijden. Het kindje is overleden na de behandeling, niet tijdens de behandeling. Na de behandeling, de moeder wilde het kindje verschonen, toen huilde het kindje niet meer, maar dat was dus na de behandeling, terwijl ze eigenlijk tevreden was over de behandeling. Tja, of dat kindje een plotselinge wiegendood of wat dan ook gehad heeft, dat weet ik niet, ik durf 100 procent te zeggen dat het niet door de behandeling gekomen is.’
Deze voorlichter nam later iets van deze beweringen terug en hij schijnt nog veel meer gezegd te hebben, maar de programmamakers hadden hun punt al gemaakt: dit soort lieden kletst maar wat, en krabbelt pas terug als ze keihard met hun verzinsels geconfronteerd worden.
Geen controle
In het programma werd professor Edzard Ernst (zie bijvoorbeeld: De roze bril van de chiropractors) ook ondervraagd, die zei dat er in de literatuur 500 ernstige ongelukken ten gevolge van chiropraxie bekend zijn (dat is dus wereldwijd over vele jaren), en dat hij denkt dat dit maar 1/100 is van wat er aan ongelukken gebeurd is. Zie ook de voetnoot bij het artikel De onwaarheden van de CAM op deze site. Een van de problemen is dat de patiënten meestal zelf het verband niet leggen tussen de behandeling en het herseninfarct. Het infarct komt namelijk meestal niet tijdens de behandeling. Dr. Van Kooten merkte op dat zijn collega’s reageerden met ‘de zoveelste’. Tekenend is ook dat na de uitzending van Zembla zich meerdere personen hebben gemeld die ook een hersenaandoening na chiropraxie hadden gekregen.
In het programma trad ook oud-inspecteur Menso van Westerouen van Meeteren op. Hij had geen goed woord over voor het optreden van Inspectie in dezen. Een koude onverschillige reactie viel de ouders ten deel en er werd een brief getoond waarin stond dat IGZ geen reden zag om hier iets aan te doen, aangezien de betrokken therapeut te kennen had gegeven met zijn behandelingen te stoppen. Het kon IGZ kennelijk niet zo veel schelen of anderen hiermee misschien wel doorgaan. Uit het oogpunt van generale preventie was het een buitengewone nuttige uitzending: dit kan je overkomen bij een kwakzalver.
Zembla maakte duidelijk dat iedereen die het in de zin komt om ‘mensen te helpen’ met een of meerdere van de vele tientallen alternatieve behandelwijzen zijn gang kan gaan. Ook dat iemand lid is van een club van gelijkgezinden biedt de klant maar weinig bescherming. Voor sommige van die organisaties, ook die door de verzekeringen ‘erkend’ worden, is de drempel heel erg laag. Het zogenaamde tuchtrecht in zo’n club stelt weinig voor. Het staat de kwakzalver vrij om zelf nieuwe methoden erbij te fantaseren, zoals bovengenoemde ‘holding en inbakenen’.
Oud-minister en arts Els Borst had als commentaar dat het verraderlijke van kwakzalvende artsen en fysiotherapeuten, die een erkend diploma hebben, is dat de patiënt denkt dat het wel in orde zal zijn. Het verwarrende bij alternatieve behandelingen is, zo zei zij, dat vele jaren onderzoek nooit aangetoond heeft dat het werkzaam is, maar patiënten soms denken dat het wel helpt. Dat zullen de patiënten in dit programma haar in ieder geval niet na zeggen.
Kamervragen
Inmiddels hebben drie politieke partijen (SP, D66 en de PvdA) over de uitzending vragen ingediend. Uit vele vragen spreekt verwondering en onwetendheid over toestanden die bij insiders allang bekend zijn, toestanden waartegen de VtdK al sinds jaar en dag protesteert. Die toestanden zijn het gevolg van wetten en interpretaties van wetten die met instemming van het parlement zijn aangenomen, en die kwakzalverij niet alleen legaal hebben gemaakt, maar die het toezicht op de tienduizenden beoefenaars vrijwel hebben afgeschaft: de rechters zijn mild, het OM vervolgt trouwens maar zelden, bij IGZ is er zegge en schrijve één medewerker voor alternatieve zaken, en de verzekeraars letten er alleen maar op of men lid is van een club. Dit is belangrijk, want voor veel burgers en zelfs sommige rechters is ‘de verzekering betaalt’ een bewijs dat het wel goed zit. Nog niet zo lang geleden zwichtte de regering voor aanhoudende kamerbrede druk van het parlement om toch sommige alternatieve genezers in zoverre te erkennen dat ze geen btw hoeven te betalen als hun opleiding maar goed genoeg was. Een van de groepen die met name genoemd werden, was die van … ja inderdaad, de chiropractoren.
Noten
voor de reacties ingezonden tussen 6 en 15 juni 2009 zie hier.
De minister antwoordde op een der vragen: ‘Mag ik u eraan herinneren dat het onbewezen zijn van therapieën geen beletsel vormde voor diverse fracties in de Tweede Kamer om aan te dringen op uitbredining van de BTW-vrijstellingsregeling voor gezondheidskundige diensten, waaronder chiropractoren.’
Gerelateerde artikelen
Helft boeken over kankergenezing op Amazon misleidend
artikelen - 26 november 2024Buitenlandrubriek met o.a.: Helft boeken over kankergenezing op Amazon misleidend / India krijgt ‘super speciality courses’ in homeopathie.
Lees meerVU benoemt chiropractor tot hoogleraar, vereniging is boos
artikelen - 20 november 2024Chiropractor Sidney Rubinstein is benoemd tot hoogleraar aan de VU op een leerstoel die wordt gefinancierd door de chiropractorenvereniging NCA. Waar is de wetenschap gebleven, vraagt de vereniging zich af in een brief aan de VU.
Lees meerChiropractoren mogen titelfraude blijven plegen
artikelen - 11 oktober 2024Chiropractoren koketteren met 'dr.' voor hun naam zonder een proefschrift te hebben verdedigd. Het gerechtshof in Arnhem keurt deze titelfraude goed.
Lees meer