Europese skeptici buigen zich over complotten, desinformatie en drugs
Het European Sceptics Congress (ESCO) van 9 tot 11 september in Wenen leverde als vanouds een degelijk, driedaags programma af, met in de 19e editie actuele onderwerpen als complottheorieën, communiceren over klimaatwetenschap en strijden tegen misinformatie in het onderwijs. Toch bleek een tijdlozer onderwerp, over rationeel drugsbeleid, onverwacht het meest aan te slaan bij het publiek.
Foto: Misinformatie versus waarheid. Beeld: Pixabay.
Door Aliëtte Jonkers
Dat het European Sceptics Congress inmiddels een ‘ons-kent-ons’-gebeuren is, werd het beste geïllustreerd tijdens de paneldiscussie direct aan de start van het evenement. Terwijl zes afgevaardigden van skeptische organisaties uit verschillende landen in eensgezindheid de skeptische beweging in Europa bespraken, kroop de peuter van een van hen kraaiend over het podium in het imposante Billrothhaus.
Ook de keuze voor deze locatie sprak boekdelen: het eclectische gebouw, opgetrokken in neorenaissance-stijl, werd aan het eind van de 19e eeuw gebouwd als hoofdkwartier van het Gesellschaft der Ärzte in Wien. Hier zetelt de wetenschap, zo leek het congres direct bij de ontvangst uit te willen stralen, terwijl de bezoekers, skeptici vanuit heel Europa, over het rode pluche naar binnen schuifelden.
Onzekerheden managen
Gelukkig was het geen voorbode van een congres dat zich zou gaan bezondigen aan sciëntisme – de opvatting dat louter de wetenschappen tot waardevolle kennis over de wereld leiden. Communiceren over onzekerheden in de wetenschap was een belangrijk onderdeel van het ochtendprogramma. Wetenschap beschrijft, maar schrijft niet voor, vertelde Sergio Della Sala, hoogleraar cognitieve neurowetenschappen aan de Universiteit van Edinburgh. Ook reikt wetenschap geen zekerheden aan, wel betrouwbare instrumenten om onzekerheden over de werkelijkheid zoals die zich aan ons voordoet te minimaliseren, te begrijpen en te managen.
Hobbels en kuilen
De weg daar naartoe is vol hobbels en kuilen, zo laat hij zien met twee studies over het effect van een vegetarisch eetpatroon op de gezondheid. Beide studies, met nota bene dezelfde eerste auteur en bijna gelijktijdig gepubliceerd, putten voor hun conclusie uit de Austrian Health Interview Survey 2006/07. De professor noemde beide bronnen van ‘excellente kwaliteit’. Maar waar de ene studie concludeert dat een vegetarisch eetpatroon gerelateerd is aan betere gezondheidsuitkomsten, oppert het andere onderzoek dat vegetariërs juist een slechtere gezondheid hebben (vaker kanker, allergieën en psychische stoornissen) en een lagere kwaliteit van leven. Della Sala gaf zelf overigens geen verklaring voor die twee tegengestelde studieresultaten. Jammer, want dat zou nou juist leerzaam zijn geweest voor het publiek.
Waakzaam blijven
Wie in de studies zelf duikt, kan in elk geval opmerken dat er in beide gevallen geen oorzakelijk verband vastgesteld kan worden. De studie die concludeerde dat vleeseters ongezonder zijn, was te klein om een statistisch significant resultaat af te leveren en bovendien niet representatief: de groep proefpersonen bestond voor driekwart uit vrouwen, die zelf hun gezondheidstoestand hadden geduid. De eerste auteur merkte zelf al op dat mensen die zich niet zo gezond voelen misschien eerder een vegetarisch dieet zullen proberen. De uitkomsten van de studie betekenen dus niet dat vegetariërs ongezonder zijn dan vleeseters. Sterker nog, zo meldt ze zelf: op basis van deze studie valt eigenlijk niets te zeggen over oorzaken, effecten en consequenties op lange termijn. ‘Wetenschap is ingewikkeld’, aldus Sergio Della Casa, ‘en dus moeten we altijd waakzaam blijven.’
Belang van taal
Via een sessie van onderzoeker Gábor Kemenesi over hoe snel infectieziekten zich in deze tijd over de wereld verspreiden, kwam het onderwerp op communiceren over de klimaatcrisis. Elisa Palazzi, hoogleraar klimaatwetenschap aan de universiteit van Turijn, lichtte toe hoe er bij het grote publiek verwarring ontstaat over de termen ‘klimaat’ en ‘weer’.
Dat een temperatuurstijging van 1,5 graad grote gevolgen kan hebben, is voor leken niet altijd duidelijk. Of denk aan hevige sneeuwval of een koude periode: voor velen niet te rijmen met de opwarming van de aarde. En als het dit jaar kouder is dan vorig jaar, volgt er al snel een reactie als: zie je wel, het zal allemaal zo’n vaart niet lopen. De invloed van de mens op het klimaat is evenwel overduidelijk, betoogde Palazzi. Natuurlijk zijn er onzekerheden in de klimaatwetenschap. Daarom gebruiken klimaatwetenschappers niet één wiskundig model, maar clusters van verschillende klimaatmodellen.
Palazzi wees ook op het belang van taal. Als wetenschappers het woord uncertainty gebruiken, denkt het publiek vaak ‘ze weten het niet’. Dat is een groot misverstand. ‘De onzekerheid ligt op detailniveau, in de complexiteit in de range van variabelen in de data, níet in de uitkomst zelf.’ Het is dan ook een taak van wetenschappers, zo betoogde Pallazi, om het publiek te helpen om die onzekerheden te begrijpen.
Snaartheorie als kunstvorm
Net als in 2019, toen het congres in Gent plaatsvond, waren er ook skeptische sessies over nucleaire straling, antroposofische landbouw en ecomodernisme. Wie ’s avonds nog puf had, kon luisteren naar natuurkundige en wetenschapspublicist Florian Aigner, die vanuit Duitsland naar Wenen was afgereisd om te vertellen waarom we wel op wetenschap kunnen vertrouwen: omdat goede wetenschap ook een hypothese probeert te falsifiëren. Een bezoeker stelde een interessante vraag aan Aigner: hoe moeten we kijken naar de snaartheorie, die zich niet bekommert om falsifieerbaarheid? Aigners antwoord was al even verrassend: ‘De snaartheorie moeten we zien als een kunstvorm, niet als wetenschap.’
Zoektocht
De tweede dag begon met een pittige bijdrage van Massimo Pigliucci, hoogleraar filosofie aan het City College in New York. In een historisch overzicht van 24 eeuwen kritisch denken maakte hij onderscheid tussen ethisch skepticisme (op basis waarvan kunnen we goed leven?) en wetenschappelijk skepticisme (op basis waarvan kunnen we dingen weten?). Die gaan vaak hand in hand, want ze hebben iets gemeen: beide stromingen hebben waarheidsvinding als missie.
Een skeptische houding is op elk onderwerp toepasbaar, zo lang je maar argumenten gebruikt: van economie, filosofie, wetenschap en ethiek tot en met geschiedenis, pseudowetenschap en politiek. Daarom is het bestrijden van desinformatie door politici bij uitstek een taak van skeptici, zei ook ECSO-voorzitter Claire Klingenberg later in een paneldiscussie over dit onderwerp: ‘Hoewel we ons niet partijdig mogen opstellen, kunnen we ons niet langer afzijdig houden van de politiek.’
Moreel kompas
Een sessie over skepticisme in het onderwijs startte met een lezing van cognitiewetenschapper Franck Ramus, werkzaam bij het Laboratoire de Sciences Cognitives et Psycholinguistique. Volgens hem is de vraag wat op het lesprogramma moet staan veel minder belangrijk dan de vraag hoe leerlingen leren. Het onderwijs wordt overspoeld door een hoop ‘neurobullshit’, stelde hij. Volgens Ramus is er een trend om les te geven op basis van theorieën uit de neurowetenschappen, maar in werkelijkheid hebben de neurowetenschappen het onderwijs nog weinig te bieden. Filosoof Stephen Law (Oxford) pleitte voor liberaal onderwijs, waarin kinderen de vrijheid krijgen om zelf een moreel kompas te ontwikkelen.
Kritische denkers
Een gloedvol betoog van Philippe Longchamps, een Canadees die twintig jaar geleden naar Zweden emigreerde en daar in 2020 werd uitgeroepen tot Docent van het Jaar, bracht bij veel bezoekers een glimlach op het gezicht. Het vuur en enthousiasme waarmee hij zijn pleidooi om competenties van leraren naar een hoger niveau te tillen, in de strijd tegen misinformatie in de klas, werkte zichtbaar aanstekelijk. Als docenten leerlingen kritisch willen leren denken, moeten ze ook zelf aan de slag, zo luidde zijn boodschap.
Ze moeten kennis hebben van drogredeneringen en systematische denkfouten. Ook moeten docenten niet doen alsof zij zelf de waarheid in pacht hebben: ‘Ik sta elke dag voor de klas en leerlingen geloven alles wat ik zeg. Nee! Ze moeten mijn uitspraken ook in twijfel trekken.’ Longchamps wil misinformatie bestrijden – ‘we moeten nu aan de slag, het is urgent!’- door een leger van kritische denkers te ontwikkelen. Met zijn boek Transformative Education: A Showcase of Sustainable and Integrative Active Learning hoopt hij daaraan te kunnen bijdragen.
Rationeel drugsbeleid
Maar het volgende onderdeel gooide pas echt hoge ogen bij het publiek, ook al was het thema algemener en minder actueel: rationeel drugsbeleid. Het begon allemaal met Nixon, de 37e president van de Verenigde Staten, die in 1971 de ‘war on drugs’ afkondigde. Verschillende wetenschappers lieten zien hoe weinig evidence-based deze aanpak tot dusver is geweest.
Wetenschapper Anne Katrin Schlag van onderzoeksinstituut Drug Science liet zien dat het beleid alleen al in de Verenigde Staten meer dan 300.000 levens en een biljoen Amerikaanse dollars heeft gekost, terwijl het effect op het drugsgebruik vrijwel nihil was. In het Verenigd Koninkrijk ging het niet veel beter, meldde David Badcock, ook van Drug Science. De overheid gaf 1,6 miljard pond uit aan drugsbestrijding, criminaliseerde 40.000 druggebruikers, maar het aantal mensen dat aan drugsgebruik overleed steeg in vijf jaar tijd met maar liefst 44 procent.
Pinda’s of MDMA
Illegale drugs zijn gevaarlijk, zo klonk en klinkt het nog altijd. Wetenschappers die de schade van zowel illegale drugs als legale drugs – denk aan tabak en alcohol – bestuderen, zien dat anders, zo werd tijdens het congres kristalhelder. Tabak is niet verboden en draagt wereldwijd bij in forse mate aan maar liefst zes van de acht belangrijkste doodsoorzaken. En kijk naar alcohol, aldus de sprekers: de meest voorkomende doodsoorzaak van mannen onder de 50.
De sterfte door het gebruik van illegale drugs is een fractie van de sterfte door legale drugs. Hun boodschap: onze perceptie van wat gevaarlijk voor ons is, is dus door politici op het verkeerde spoor gezet. Anne Katrin Schlag illustreerde het met een treffend voorbeeld: stel, je zit in een bar naast iemand die je niet kent. Wat bied je die onbekende persoon aan, pinda’s of een ecstasy pil (MDMA)? Wat is het veiligst? Ecstasy natuurlijk, antwoordde ze: het percentage mensen met een acute, fatale reactie op pinda’s is vele malen hoger dan op MDMA.
Verraste reacties
Er is alle reden toe om illegale drugs minder strikt te gaan reguleren, vinden de wetenschappers. Ze wezen op de data uit landen die succes boeken met het decriminaliseren van drugs, zoals Portugal. Vanaf 2001 is het bezit van alle drugs daar niet meer strafbaar. Sindsdien staat het land op de tweede plek van de Europese landen met het laagste aantal drug overdoses en is het aantal mensen met HIV en hepatitis B en C drastisch gedaald. Er is bovendien minder drugsgerelateerde misdaad.
Ook Zwitserland is een succes voorbeeld. Het onderwerp raakte kennelijk een snaar bij het publiek, te horen aan de verraste reacties uit de zaal. Florian Aigner gaf commentaar op twitter: ‘Spannende sessie. Onze wetenschappelijke drugswetten zijn wetenschappelijk bezien even onverenigbaar als horoscopen met astrofysica. Goed onderzoek wordt nu gewoon genegeerd. Grote successen in Zwitserland en Portugal met wetenschappelijk onderbouwd drugsbeleid.’
Train je ‘tolerantiespier’
De zondagochtend stond geheel in het teken van complottheorieën. Psycholoog Ulrike Schiesser van de Bundesstelle für Sektenfragen gaf een inkijkje in de belevingswereld van complotaanhangers, die de neiging hebben de wereld in een duidelijk ‘goed’ en ‘slecht’ verdelen. ‘Ze willen een held zijn en om een held te kunnen zijn, heb je een concrete vijand nodig.’ Net als de sprekers in het onderdeel over onderwijs benadrukte ook Schiesser het belang van kritisch redeneren: ‘Als we over een onderwerp discussiëren dat buiten onze expertise ligt, praat dan niet over het onderwerp zelf; discussieer over de manieren waarop we tot onze mening over het onderwerp zijn gekomen.’
Tips over omgaan met familieleden en vrienden die in het konijnenhol van de desinformatie zijn beland: probeer zoveel mogelijk contact te houden, train je ‘tolerantiespier’ en concentreer je op de relatie met de ander, niet op de gespreksonderwerpen. De ander bespotten of belachelijk maken werkt averechts, maar stel wel grenzen aan het gedrag van de complotaanhanger als die zich agressief opstelt of bijvoorbeeld antisemitische, racistische of extreemrechtse uitingen doet.
Desinformatie als instrument
Maak niet de fout om te denken dat verspreiders van complottheorieën per definitie laagopgeleide, teleurgestelde types zijn, waarschuwde Péter Krekó, politiek psycholoog en directeur van het Political Capital Institute en senior extern onderzoeker voor het Centre for European Policy Analysis. Complottheorieën worden door autoritaire leiders vaak ingezet als instrument voor meer status of politiek gewin. Daar zijn ze behoorlijk succesvol in. Over complottheorieën bestaat de romantische gedachte dat ze de stem van de armen vertegenwoordigen en dat je die arme sloebers kunt helpen met goede voorlichting, stelde Kréko. ‘Maar als je kijkt naar wie het meest succes boekt, dan zijn dat de verspreiders van desinformatie de winnaars.’
Kréko verwees ook naar het boek Spin dictators van Sergei Guriev en Daniel Treisman. ‘Nieuwe dictators onderdrukken de massa niet meer met gevangenisstraf, moord en geweld. Oude dictators dragen uniformen, nieuwe dictators dragen pakken en doen alsof ze democraten zijn. Ze zorgen ervoor dat er geen geweld plaatsvindt dat met foto’s vastgelegd kan worden.’
Patronen
Van de Duitse kernfysicus Holm Gero Hümmler volgde nog een lezing over complottheorieën rond 5G. Die ontstonden al in 2019, dus voor de komst van het SARS-CoV-2 virus, maar kregen daarna nog extra kracht. Als laatste kwam uit ons eigen land Jan-Willem van Prooijen aan het woord, bijzonder hoogleraar radicalisering, extremisme, en complotdenken aan de Universiteit Maastricht.
Complotaanhangers zien overal patronen in gebeurtenissen, die ze aan elkaar verbinden. Hoe meer ze dat doen, hoe minder ze geloven dat gebeurtenissen ook toevallig kunnen plaatsvinden. Toen hij zich in 2008 met dit onderzoeksgebied begon bezig te houden, vroegen collega-wetenschappers hem nog verbaasd waarom hij zich op zo’n marginaal randonderwerp stortte. Het laat zien hoe snel de tijden kunnen veranderen.
Aliëtte Jonkers is wetenschapsjournaliste
Gerelateerde artikelen
Jaarsymposium 2024: Wie beschermt de patiënt?
shop - 26 juli 2024Het VtdK-Symposium 2024 - “Wie beschermt de patiënt?" vindt op 5 oktober plaats in De Nieuwe Liefde, Amsterdam. Sprekers: Dan Larhammar, Martin Buijsen, John Beer, Kevin Smith.
Lees meerDesinformatie zorgt voor minder gevaccineerde kinderen in Australië
artikelen - 25 juni 2023Buitenlandrubriek met o.a.: Desinformatie zorgt voor minder gevaccineerde kinderen in Australië / Meer dan 10 miljoen Canadezen gebruikten homeopathie in 2022.
Lees meerTikTok grote verspreider van desinformatie
artikelen - 28 mei 2023Buitenlandrubriek met o.a.: TikTok grote verspreider van desinformatie / Jonge Duitse apothekers willen homeopathie uit geneesmiddelenrichtlijn halen
Lees meer